Van verwachting naar realiteit: de subtiele kracht van een leerkracht

Het Rosenthal-experiment uit 1964 is een fascinerend voorbeeld van hoe verwachtingen ons gedrag en de resultaten van anderen kunnen beïnvloeden. Dit experiment, dat ik leerde kennen in het boek The Culture Code van Daniel Coyle, onderzoekt hoe de verwachtingen van leraren de prestaties van hun leerlingen beïnvloeden. Psycholoog Robert Rosenthal voerde het onderzoek uit op een basisschool in Californië, waar hij een standaard IQ-test een nieuwe naam gaf: de ‘Harvard Test of Inflected Acquisition.’ Leraren werd verteld dat deze bijzondere test kon voorspellen welke kinderen op het punt stonden een spectaculaire intellectuele groei door te maken.

De werkelijkheid was anders. De geselecteerde “veelbelovende” kinderen werden willekeurig gekozen, zonder onderscheid van hun klasgenoten. Toch hadden de verwachtingen van de leraren een merkbaar effect: deze leerlingen boekten na twee jaar significante vooruitgang in hun IQ. Wat bleek? Leraren gaven deze kinderen meer tijd om vragen te beantwoorden, meer gerichte feedback en non-verbale signalen zoals knikken en glimlachen. Die subtiele verschillen in benadering versterkten het zelfvertrouwen en de prestaties van de kinderen.

Een persoonlijke ervaring

Iets gelijkaardigs overkwam me dit jaar, nog voordat ik het boek las. Het betreft een van de moeilijkere leerlingen uit mijn klas – iemand die binnen een maand meer waarschuwingen had verzameld dan een hele klas in een jaar. Ik zag echt op tegen het eerste oudercontact, waar ik de vader zou moeten wijzen op het gedrag van zijn dochter. Tot mijn opluchting bleek haar vader goed op de hoogte van haar gedrag en deed hij thuis al zijn best om haar bij te sturen. Tijdens ons gesprek liet ik me spontaan ontvallen, oprecht maar niet bewust gepland, dat ik zijn dochter bovengemiddeld intelligent vond.

Ook vaders kunnen hun mond niet houden, zo blijkt, want de volgende dag sprak de leerling me met een glimlach aan over mijn opmerking. Ik ga niet beweren dat haar houding of resultaten sindsdien spectaculair verbeterden, maar er waren wel kleine veranderingen merkbaar. Ze hield zichzelf iets meer in toom in de les, en tijdens een uitdagend examenonderdeel – waarin inzicht belangrijker was dan het simpelweg reproduceren van kennis – presteerde ze opvallend beter dan haar klasgenoten.

De kracht van onbewuste signalen

Mijn ervaring is natuurlijk niet te vergelijken met het grootschalige onderzoek van Rosenthal. Maar het zette me wel aan het denken. Gaf ik onbewust signalen af die haar gedrag beïnvloedden? Misschien keek ik tijdens de les, wanneer ik de klas met een meoilijke vraag cuitdaagde, net iets vaker naar haar met een blik die zei: “Kom op, denk hier eens verder over na.” Niet bewust, maar misschien toch effectief.

Hier ligt weliswaar het sleutelwoord: onbewust. Het is niet iets wat je kunt forceren. Het zou te makkelijk zijn om simpelweg hoge verwachtingen van een groep leerlingen te hebben en dan te wachten op betere resultaten. Bovendien roept het vragen op over eerlijkheid: kun je bewust een klein groepje bevoordelen zonder de rest tekort te doen?

Toch toont zowel Rosenthals experiment als mijn kleine anekdote aan dat onbewuste signalen een rol spelen in hoe leerlingen zich gedragen en presteren. Zolang die signalen positief zijn, is dat misschien niet zo’n probleem. Of, zoals ik het graag zie: de kracht van kleine verwachtingen kan misschien grootse evoluties in gang zetten.


Comments

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *