Vrije wil of niet? Het pleit is nog lang niet beslecht

Voor alle duidelijkheid: ik ben het eens met het grondbeginsel van het boek, dat er zoiets bestaat als vrije wil.

Het betoog van Gerard Bodifee om dit punt te maken is echter op een aantal vlakken vreemd en gebrekkig te noemen.

In het begin van zijn betoog stelt hij dat zijn stelling steunt op een eigen intuïtie en overtuiging. Op zich niets mis mee. Vervolgens stelt hij echter voor om de argumenten van de ‘rationele wetenschappen’ die aantonen dat de mens niet over een vrije wil beschikt, een voor een te ontkrachten. Dit kan echter niet op een andere manier gebeuren dan met rationele (tegen)argumenten. Anders was er ook niets om over te schrijven uiteraard, en bestond het boek dus niet. ‘Strijden met dezelfde wapens’, zou je misschien kunnen stellen, al lijkt het eerder op de slang die in zijn eigen staart bijt.

Een tweede probleem stelt zich bij het begrip van wetenschap en ratio die Bodifee vooropstelt, en die totaal verouderd is. De fundamentele wetenschappen als wiskunde en kwantumfysica gaan er allerminst van uit dat ze een absolute waarheid zullen vinden, gesteld dat deze bestaat. Bodifee is hier een beetje van slechte wil: hij zal wel vertrouwd zijn met het werk van Gödel en de nieuwe interpretaties van de kwantumtheorie (elders in het boek alludeert hij zelf naar deze laatste, en de relativistische implicaties die het heeft op de notie wetenschap).

Er stelt zich ook een probleem met zijn argument dat de wetenschappelijke visie volgens hem ervan uitgaan dat alle mechanische (of chemische) processen niet doelgericht zouden zijn, terwijl het menselijke handelen dat juist wel is. Ik vermoed dat de wetenschap ervan uitgaat dat vele biologische (automatische) processen tot doel hebben om zich voort te planten en/of te overleven.

Om dit laatste punt te maken haalt Bodifee ook de Aantekeningen van het Ondergrondse, een roman van Dostojewski naar boven. De protagonist uit de roman zou volgens hem juist bewijzen dat de mens over een vrije wil beschikt, omdat hij doelgericht en autonoom beslissingen neemt die tegen alle logica indruisen. Dit durf ik in dit geval alvast nuanceren, al blijft de conclusie wel dezelfde: de protagonist uit de roman heeft geen doel waar zijn handelingen naar leiden. Zijn irrationele beslissingen zijn wel een uiting van een vrije wil, maar dienen nergens een specifiek doel. In zekere zin zit de protagonist zelfs gevangen in zijn irrationele denken en doen, die nergens concreet toe leiden. ‘L’homme est condamné à être libre”, stelde Sartre. Overigens heel vreemd dat de existentialisten nergens aan bod komen in dit boek.

Dit laatste punt illustreert de grootste zwakte van dit betoog: de selectie van wetenschappers en filosofen die hij gebruikt om zijn denken vorm te geven is heel erg beperkt. Op de lijst van ‘prominente’ denkers over vrije wil -ze steen gemeld in de appendix- staan 32 namen, waarvan zes nog levende denkers, drie ervan geboren na 1960, en daarvan slechts eentje (de filosoof Carl Hoefer) die hij uitvoeriger behandelt in zijn betoog.

Geen enkel spoor van nieuwe inzichten in de psychologie (bepaalde beslissingen zijn in grote mate voorspelbaar) of sociologie (Hannah Ardendt, iemand?). Geen enkele verwijzing naar het baanbrekend hersenonderzoek van Marcello Massimini, of nieuwe inzichten in de aard van het bewustzijn zoals uitgevoerd door Anil Seth en zijn team. Deze inzichten hebben nochtans belangrijke gevolgen voor de notie ‘vrije wil’. Geen vermelding van probabilistische gedragingen van de mens (Nicholas Taleb bvb.) of systeemdenken (Donella Meadows bvb.). Ook geen spoor van enig denken over de evolutie van artificiële intelligentie, zelflerende machines of kwantumcomputers, die ook nieuw licht laten schijnen over het thema.

Gezien Bodifee in zijn stelling uitgaat van zijn intuïtie en overtuiging (alle respect hiervoor) is het ook merkwaardig dat hij het onderwerp niet vanuit een spirituele invalshoek benadert, behoudens in het interessante hoofdstuk over religie. Inzichten van bijvoorbeeld Rupert Spira of Bernardo Kastrup, beide sterk onderlegd in zowel kwantumfysica als neurowetenschappen, zouden zijn betoog zeker voorzien hebben van een boeiende, originele invalshoek.

Je kan uiteraard niet alles lezen, maar wil je zo’n fundamenteel thema als ‘vrije wil’ beschouwen is het zeker nuttig het vanuit andere perspectieven te bekijken dan louter filosofie en ‘exacte’ wetenschappen.

Met dit boek draagt Bodifee een steentje bij aan de -weliswaar bouwvallige- constructie die het menselijke denken rond dit onderwerp totdusver heeft gebouwd. Jammer genoeg blijft de constructie met of zonder dit steentje geheel onveranderd.


Comments

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *