Dit wordt een moeilijk stuk. Er valt zoveel te zeggen over het werk van Hans Vandekerckhove, of, tenminste: het roept bij mij zoveel associaties en gedachten op dat ik snel het gevaar loop verstrikt te geraken in mijn gedachtegang, of de doodlopende sporen die ik er af en toe in sla al te expliciet op de lezer over te dragen. Tegelijk valt het te herleiden tot het eenvoudige maar substantiële niets.
Het werk noopt ertoe: het dient als voorbeeld voor een diepere zelfreflectie en dus, voor wie hier ontvankelijk voor is, als een soort handleiding om dit te doen. Niet dat ik Hans werk ervan zou betichten een zelfhulpboek te bieden -alle kunst is dit tot op zekere hoogte-, maar het dient onvermijdelijk als voorbeeld, al was het maar omdat het klaarblijkelijk voor de kunstenaar zelf een methode is om met de wereld om te gaan.
Het is een vreemde vaststelling, dat kunst ons als remedie zou dienen voor de nagenoeg onherstelbare schade die het moderne leven ons toebrengt. Toch is het niet bij de haren getrokken.
De titel van de nieuwe monografie van Vandekerckhove, Silence is a message, hint er al naar: overspoeld door het exponentieel toenemende lawaai van de buitenwereld wordt het in toenemende mate noodzakelijk een eigen plek te vinden, een thuishaven die steeds verder van ons afdwaalt naarmate we blindelings de opgelegde wegen van het moderne leven bewandelen, maar daarom des te urgenter wordt om in aan te meren. Is niet elke terugkomst de werkelijke bestemming van de reis, hoe ver deze ons ook brengt? We lijken er ons steeds minder van bewust te worden. Stilte lijkt wel een geweldpleging geworden op de sensibiliteit van de hedendaagse mens.
Zonder in zelfhulp te vervallen biedt Hans ons leidraden, als ankerpunten. De “oorverdovende maar weldadige stilte,” waar Eric Rinckhout naar verwijst in zijn begeleidende tekst, vormt niet enkel het centrale thema waarrond zowel de monografie als het werk van Hans is opgebouwd, maar ook een aanzet om vanuit de eigen stilte in verzet te treden “tegen een almaar lawaaieriger en oppervlakkiger wereld.” Stilte noopt tot diepzinnigheid maar ook, steeds meer en zelfs -durf ik?- luider: tot verzet.
Rinckhout verwijst naar Ron Lemaires idee van het wandelen dat onlosmakelijk met de kunstenaar verbonden is als “een stilzwijgend protest”, en de wandelaar als een “potentiële rebel.” Rebellie tegen wat? Ogenschijnlijk tegen de onnatuurlijker wordende omgeving waar het moderne leven ons toe herleidt, tegen de staat van murwgeslagenheid waar de continue overvloed aan schreeuwerige impulsen ons in wringt. Het wandelen, tenminste het in stilte wandelen, biedt een waarheidsgetrouwer perspectief op het leven, meer zelfgericht, uiteraard, maar daarom niet noodzakelijk minder verbonden met de omgeving. Het ‘zelf’ gaat bij het wandelen juist op in de omgeving, net zoals het individu in het werk van Hans slechts figurant is van en in zijn omgeving. Zelfs in zijn portretten slaagt Hans erin om het individu op de tweede plaats te zetten, opgenomen in de -welja: stille- details die naar de personen verwijzen en die hen kenmerken. Geen van hen neemt de bovenhand, we zijn uiteindelijk niets anders de relatie die we hebben met onze omgeving.
Onlosmakelijk stelt zich de vraag naar autonomie en vrijheid. Het is een vreemde contradictie, waar onder meer Joep Dohmen in zijn monumentale werk ‘Iemand zijn’ herhaaldelijk op terugkomt: vrijheid is een dwangmatige verplichting geworden in het overheersende neoliberale denken, dermate zelfs dat het de vrijheid verhindert. L’homme est condamné à être libre, het zinnetje van Sartre galmt nog na. Hij had zich vermoedelijk niet kunnen inbeelden dat zelfs de notie van vrijheid in alle stilte op de achtergrond zou verdwijnen. Zoals Hans Blokman het verwoordde in zijn Wegen naar de vrijheid: “Iedereen weet wat vrijheid betekent, totdat hem of haar gevraagd wordt wat dat betekent. Vrijheid is een dogma geworden,” of tenminste: zodanig vanzelfsprekend dat het niet zomaar vanzelfsprekend meer is.
Vrijheid verover je niet, of zeker niet meer, met het verveelvuldigen van keuzes of het vervullen van zoveel mogelijk consumentenwensen. Eenmaal een kritische grens overschreden werkt keuzevrijheid verlammend en berooft het ons van diezelfde vrijheid. Het is wat de paradox of choice wordt genoemd.
Een wandelaar heeft steeds een bestemming, al heeft hij onderweg vaak de keuze van hoe er te geraken. De doelloosheid van de moderne mens heeft er in deze zin misschien mee te maken dat hij te weinig wandelt, of, anders verwoord, het is verleerd om zichzelf een doel op te leggen. We moeten terug ‘leren lopen op drijfzand,’ zoals Zygmunt Bauman het mooi verwoordt: zich de vrijheid toemeten terug een bestemming te hebben, te midden van het felle en afleidende lawaai van de wereld.
Stilte, vrijheid, kunst. Het zijn misschien wat vage concepten, maar in het werk van Hans lijken deze zich in stilte wandelend een weg te banen naar een heel concrete werkelijkheid.
Silence is a Message, Hans Vandekerckhove
Hannibal Books, ISBN: 9789464941029, 207p.
Met tekstbijdragen van Eric Rinckhout, Christophe Vekeman, Peter Verhelst en Els Wuyts
Leave a Reply